De Marthe van Rijswijck Foundation geeft financiële steun aan projecten die zich richten op duurzame ontwikkelingshulp aan kinderen. Met het creëren van kansen voor kinderen, bouwen we aan een mooiere toekomst.
De foundation werd opgericht in 2002, door Sprangers Bouwbedrijf – tot 2020 het oudste familie-bouwbedrijf van Nederland. De naam komt dan ook uit de familie: Marthe van Rijswijck was de vrouw van Hubertus Sprangers, en was zelf oorlogsvluchteling.
Een meisje dat als kind vlucht voor oorlog, geeft haar naam aan de stichting van het oudste familiebouwbedrijf van Nederland.
De Marthe van Rijswijck Foundation heeft zijn oorsprong in Sprangers Bouwbedrijf, een familiebedrijf dat teruggaat naar de Napoleontische tijd. Lambertus Sprangers begon in 1796 als zelfstandig timmerman, in Princenhage.
De zaken liepen goed en rond 1810 draaide het bedrijf, toen al met enkele knechten, redelijk. Adrianus Sprangers, de zoon van Lambertus, nam halverwege de 19e eeuw het stokje over. Hij maakte echter moeilijke jaren door in economisch barre tijden. Adrianus hield vol en de onderneming bleef overeind. Met het aantreden van Antoon, de jongste zoon van Adrianus, kwam er weer leven in de zaak. Onder Antoon werd Sprangers Bouwbedrijf 100 jaar oud.
De echte groei van Sprangers Bouwbedrijf werd ingezet door Karel Sprangers samen met zijn broer Hubertus, wiens vrouw later de inspiratie zou vormen voor de stichting. De twee broers leidden het bedrijf eerst door de moeilijke jaren dertig en daarna door naar goede tijden: de wederopbouw na de Tweede Wereldoorlog.
Hubertus en Karel werden opgevolgd door de zonen van Hubertus. Huib en Rudolf, technisch ingenieurs, wisten de ondernemingsactiviteiten verder uit te bouwen tot het huidige niveau. Lambertus, accountant en financieel expert, vervulde een onmisbare adviestaak.
Begin jaren negentig nam Rudolf Sprangers, het jongste familielid van de vijfde generatie, een uniek besluit. Hij bracht zijn eigendom in Sprangers Bouwbedrijf onder in een stichting, Sprangers Jeugdfonds, had een tweeledige doelstelling. Ten eerste de zorg dragen voor de continuïteit en zelfstandigheid van het bouwbedrijf en ten tweede financiële steun verlenen aan duurzame ontwikkelingshulp ten behoeve van kansarme kinderen over de hele wereld. Beide doelstellingen waren onlosmakelijk met elkaar verbonden. Als Sprangers Bedrijven goed liep, kon het dividend gebruikt worden voor kansarme kinderen.
Sprangers Jeugdfonds besloot in 2002 een tweede stichting in het leven te roepen. Deze stichting moest zicht uitsluitend richten op de maatschappelijke doelstellingen: steun aan kansarme kinderen. Dat werd de Marthe van Rijswijck Foundation.
Marthe van Rijswijck, de echtgenote van Hubertus Sprangers, was een anker binnen de familie Sprangers. Haar taak binnen Sprangers Bouwbedrijf bleef onderbelicht, maar door de stichting naar haar te vernoemen blijft zij in herinnering. Vooral belangrijk is haar persoonlijke levenservaring: Marthe van Rijswijck was als kind zelf oorlogsvluchteling. In 1914, bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog, vluchtte zij met haar zussen vanuit Antwerpen naar het neutrale Nederland. Via Bergen op Zoom en ’s Hertogenbosch kwam zij uiteindelijk in Princenhage terecht, waar zij Hubertus ontmoette. Hubertus, zoon van Antoon, zoon van Adrianus, zoon van Lambertus Sprangers, de timmerman die 1796 een bedrijfje begon.
Lambertus had ruim twee eeuwen geleden nooit kunnen bedenken dat zijn timmermansbedrijf de oorsprong zou vormen voor een stichting die zich inzet voor kansarme kinderen.